Ethiek is een onderdeel van de filosofie. Ethiek heeft te maken met het nadenken over de goede en slechte dingen van het leven. Ieder mens hoort het goede te doen en het slechte niet.

 Iedereen maakt voor zichzelf uit wat het 'goede' en het 'slechte' is. Het zijn een soort afspraken waar je je aan hoort te houden. Elke maatschappij heeft andere afspraken. Vaak heeft dat te maken met de religie. Zo staat in de Koran dat vrouwen onderdanig moeten zijn aan de man, en dat hij haar mag slaan. Maar de meeste mensen in Nederland vinden dat raar. De ethiek staat dus niet vast, het verschilt van religie en cultuur. De afspraken zijn gemaakt zodat er duidelijkheid is. Als iedereen weet wat hij of zij wel en niet mag doen, ontstaat er minder ruzie. Ethiek is in de loop van de jaren behoorlijk veranderd. Mensen gaan anders denken, dus dan veranderd de ethiekb mee. Zo vond men vroeger blote kleding onfatsoenlijk, maar nu is het heel normaal.

Keuzes maken kan heel moeilijk zijn. Het kan gaan over dagelijkse dingen, zoals wat voor kleren je aantrekt, en over hele belangrijke dingen, zoals welke studie je wilt gaan volgen. Het kan helpen om met anderen daarover te gaan praten. Ze kunnen je tips geven die je helpen, of je helemaal in de war brengen. In dat geval moet je doen wat jij zelf denkt dat goed is. 

Je hebt beginselethiek en gevolgenethiek. Als je voor een moeilijke keuze staat kun je uitgaan van waarden die je belangrijk vindt, of van de gevolgen die je keuzes met zich meebrengen. Een waarde die je belangrijk vindt voor je keuze wordt ook wel een principe of beginsel genoemd.

Beginselethiek houdt in dat je uitgaat van een bepaald principe dat altijd geldt en waar je je aan wilt houden. Ook als dat je in problemen zou brengen. Een voorbeeld van beginselethiek: 'Je belofte kom je altijd na, wat er ook gebeurt.'

Je hebt ook gevolgenethiek. Gevolgenethiek wordt ook wel utilitarisme of utilisme genoemd. Gevolgentechniek houdt in dat je naar de gevolgen van mogelijke oplossingen kijkt. Je kiest de oplossing die zoveel mogelijk geluk, genot, welzijn of voordeel oplevert voor zoveel mogelijk mensen. Tegelijkertijd probeer je met je keuze zo weinig mogelijk mensen nadeel of pijn te bezorgen.

De gevolgenethiek is bedacht door de Engelse filosoof en jurist Jeremy Bentham. Hij paste gewoon rekensommetjes toe, waardoor de gevolgenethiek ook wel de ethiek van de rekensommen wordt genoemd.

Een voorbeeld van gevolgenethiek: 'Als je kiest voor werken verdien je geld. Met geld kun je leuke dingen doen, waardoor je meer geniet. Je hoeft dan niet meer naar die vervelende school. Dus als je kiest voor werken, wordt je gelukkiger dan je nu bent op school. Je bent niet meer zo lastig voor je ouders, waardoor zij ook gelukkiger worden. De docenten op school hebben geen last meer van je, dus zijn zij ook gelukkiger.' Volgens de gevolgenethiek kies je dan voor werken.

De gevolgenethiek is helemaal gericht op het uiteindelijke resultaat, terwijl je je bij de beginselethiek houdt aan het principe waar je je in het begin ook aan hield.